Blog Layout

Helden sterven jong - Heroes die young

AnneVera • 4 mei 2020

Hoe de Havenstraat in Zaandam er tijdens de Tweede Wereldoorlog uitzag...
How the Harbourstreet in Zaandam looked during the World War II outbreak.

Helden sterven jong

Een held

Een nieuwe identiteit
Een hoger doel
Alles druist in tegen het gevoel
Hij raakt zichzelf kwijt
Een nieuw leven in een vreemde stad
Een geheime organisatie ondergronds
Een verbond zonder woorden
Met zijn kameraden op pad
Opoffering tot op het bot
Mensen bevrijden uit hun impasse
Een veilige plek geven in hun klasse
Spelen met het lot
Dienen zonder te vragen
En vergeten worden door velen
Velen die bevrijd zijn
Dienen zonder klagen
Woorden zijn een substituut
Voor iemand onzelfzuchtig en uniek in zijn soort
Dan is er slechts één woord
Woorden zijn te absoluut
Een held wordt niet geboren
Een held ontstaat
Een held is het zich niet bewust
Een held sterft jong

Vandaag is het 75 jarig jubileum. Helaas kunnen heel veel bevrijdingsactiviteiten nier doorgaan vanwege het corona virus. We willen graag een kort stuk uit ons boek "Helden sterven jong" met jullie delen om te schetsen onder welke omstandigheden onze familie de Joodse onderduikers verborgen hield, met gevaar voor hun eigen leven. Op de foto hierboven staat het huis waar ze woonden. Omdat het naast een artillerie inrichting was, in die tijd door Duitsers bezet gebied, was het een gewild doelwit voor bombardementen. Er zijn dan ook bommen gevallen in de Zaan, de rivier die langs de Havenstraat liep. Gelukkig nooit op het huis van onze voorouders, anders waren wij er niet geweest. Het stukje gaat over onze moeder en oma Corrie (Lotta in het boek).

Het was het jaar voor het uitbreken van de oorlog. Aanvankelijk had ze nog wel trouw de schoolklas bezocht en die zomer was ze geslaagd voor haar Mulo A diploma. Haar vader had haar dringend verzocht om een jaar haar studie op te schorten, om thuis de honneurs waar te nemen. Sindsdien was haar leven enorm veranderd. Ze miste het contact met haar leeftijdgenoten. Ze had wel verkering met de jongen van de pont aan de overkant van de kade, die het schiereiland met het centrum van de stad verbond. Het pontje pendelde de hele dag op en neer. Ze zag de aardige jongen regelmatig. Hij kwam wel bij haar thuis en zij kwam bij zijn ouderlijk huis. Met haar verrekijker kon ze over het water kijken, zoekend naar zijn geboortehuis. Niet dat ze daar tijd voor had, want er lag altijd werk op haar te wachten. Nu moest ze ook nog het avondeten bereiden; daarna afwassen en de keuken schoon maken. Dan zou ze met een kop thee in de woonkamer zitten, bij haar vader en moeder met een mand verstelwerk tussen haar moeder en haar in. Haar moeder deed het grove naaiwerk vanwege haar hele slechte ogen. Haar brillenglazen leken wel jampotjes.
Ze naderde al fietsend de haven en zette haar tocht omlaag in. Vanavond, wanneer ze op haar kamer zou zijn, kon ze bij kaarslicht de woorden oefenen in stenografie. Het natekenen van de krullen met potlood of soms met inkt, werkte rustgevend. Het knarsen van haar kroontjespen op het papier, werkte slaapverwekkend. Het liefst had ze een geheime brief in steno willen schrijven. Daarin zou zij dan haar gevoelens van verdriet en onmacht over de oorlog aan het papier durven toevertrouwen. 

Eigenlijk had ze niemand met wie ze haar zorgen kon delen. Nu de avonden al wat donkerder werden, kon ze haar favoriete schilderijen niet langer bekijken in het kunstgeschiedenisboek. Ze hield van de prachtige afbeeldingen. Het kaarslicht zou de liefelijke vormen te veel vervagen. Ze moest geduld hebben tot zondag na de kerkdienst, wanneer haar ouders met een kop thee in de mooie kamer zaten. Ze zou een poging kunnen wagen, wanneer haar moeder even op bed lag, hetgeen steeds vaker gebeurde. Haar moeders gezicht was sterk vermagerd en er lagen donkere kringen onder haar ogen. Ze had weinig kracht. Ze kon niet lang opblijven, laat staan lopen of wat doen. Ondanks haar fragiele gezondheid was moeder Charlotte, naar wie ze vernoemd was, een hele mooie vrouw. Ze had gitzwarte ogen en zacht donkerkrullend halflang haar. Lotta vond haar moeder te mager, zeker voor haar lengte. Haar vader hielp Lotta altijd bij het opdienen van het avondeten. Ze had stiekem gemerkt, dat hij het bord met de meeste inhoud aan zijn verzwakte vrouw gaf. Nu moest Lotta het avondmaal nog voorbereiden. Terwijl ze stevig op haar pedalen doortrapte, bedacht ze, hoe ze het avondeten zou klaarmaken. Er stond nog een vijf kilo zak aardappels en er was zuurkool in de kelder. Het buikspek kon ze in dobbelsteentjes uitbakken. Zodoende had ze ook jus. Ze hoefde bijna niet te trappen. In de verte zag ze het “Rode Dorp” liggen. Zo werd dit gedeelte genoemd vanwege het arbeidersvolk dat hier woonde. Het waren kleine, eenvoudige huisjes, waarvan men beweerde dat de bewoners op “heidenen” leken. Ze hingen, volgens zeggen het communisme aan, en handelden gelijk barbaren. Ze keurden deze vorm van atheïsme af. Lotta ontweek dit gedeelte altijd zoveel mogelijk. Soms moest ze wel door het “Rode Dorp” om bij het buitenbad in de Zaan te komen, tijdens haar oefeningen reddend zwemmen. Ook wanneer ze naar het stadje zelf wilde of naar haar verkering, moest ze wel door het “Rode Dorp”. De aanlegkade van het pontje van haar schoonvader, lag midden in het centrum.
Haar fietslicht voor was uitgevallen, alleen achter deed haar licht het nog. De houten banden zorgden voor een ritmische cadans. De avondklok was zojuist ingegaan. In de verte zag ze lichten zwaaien en donkere schaduwen heen en weer lopen. Een andere route was er niet en ze kon zich niet permitteren om zich schuil te houden. Men wachtte op haar voor het avondeten. Bovendien werd het ’s avonds alleen maar gevaarlijker. Plotseling doemde een Duitse soldaat voor haar op en Lotta trapte stevig op haar rem. 
‘Anhalten’, blafte een stem. ‘Was ist los mit deiner Beleuchtung?’
‘Die ist kaputt’, antwoordde ze.
‘Und was hasst Du in deiner Tasche?’, zei hij op een commanderende toon. 
‘Gar nichts Herr, nur unser Abendessen.’ 
‘Lüg mich nicht an’, en met een gebaar wees hij naar de tassen. Om haar te laten weten dat het menens was, haalde hij zijn wapen tevoorschijn. Hij zette de loop van het pistool tegen haar slaap. Lotta hoorde hoe de Duitse soldaat de vergrendeling eraf haalde. Ze voelde haar knieën knikken en haar benen slap worden. 
‘Bitte Herr, meine Mutter ist krank’, zei ze bijna smekend.
‘Wo wohnst du? Wer ist deine Mutter?’
‘Mein Vater ist der Albert; Er arbeitet bei der Artillerie’, zei Lotta snel, wetende dat haar vader een uitstekende reputatie had en haar moeder bijna bij niemand bekend was.
‘Ach so, Herr Albert. Er ist ein netter Kerl.’ Hij liet het wapen langzaam zakken en deed de veiligheidspal er weer op.
Zijn medesoldaten hadden belangstellend mee staan luisteren. Ze hoorde inderdaad een lichte bewondering door de menigte heen gaan.
‘Du kannst weiter fahren Fräulein. Es ist spät. Fahr schnell nach Hause!’
Ze stapte op de pedalen, maar door de zenuwen stapte ze mis. Het pedaal draaide als een gek rond. Ze begon te rennen en onderwijl sprong Lotta op het zadel. ‘Danke Herr’, stotterde ze. 
Achter haar riep een Duitse soldaat haar na: ‘Und Fräulein, bitte Herr Albert deine Lampe zu reparieren.’
‘Werde ich’, wist ze nog snel uit te brengen en ze fietste als een bezetene verder langs de kade van de Zaan. Achter haar hoorde ze de soldaten lachen.
Eenmaal bij het steegje van het huis aangekomen, leunde ze hijgend tegen de koele stenen. Haar hart ging als een razende te keer. Voortaan zou ze ervoor zorgen dat ze vroeger naar huis ging. Ze was door het oog van de naald gekropen. Goed dat haar vader zo’n goede reputatie had opgebouwd. Als chauffeur van de Artillerie Inrichting* had hij een respectabele naam verworven. In zijn dienstauto reed hij de directie rond. Men zou hem en zijn familie nooit in verband brengen met het verzetswerk. Ditmaal had zijn functie haar gered. In de schuur borg ze de aardappelen, de penen en uien op in de kisten die het voedsel koud moesten houden. De temperatuur was er precies goed. Er was nog geen nachtvorst, want dan zou ze alles naar de kelder moeten slepen. Overdag zou de schuur in de schaduw van de bomen niet al te warm worden. Lotta graaide onderin haar fietstassen en tilde een klep op die ze van hetzelfde materiaal had genaaid. Er zat karton tussen. Dit bleef hangen op een rand van biasband. Met een rukje kreeg ze de klep uit de fietstas. Snel haalde ze de bundel kranten uit de fietstas. Ze tilde de kokosmat bij de deur op en borg de kranten op in het luik dat hieronder verscholen lag. Dit was het zeer verboden verzetskrantje dat in deze buurt circuleerde. Van de week zou ze de kranten naar de adressen brengen en van daaruit zouden ze verder verspreid kunnen worden. Het was gevaarlijk werk, want als je met dit krantje betrapt werd, dan zou er geen respijt zijn. Dan zat je pas echt in de problemen. Lotta besefte hoeveel geluk ze had gehad. Nog natrillend op haar benen raapte ze alle moed bij elkaar om vervolgens kordaat de keuken binnen te stappen. Het was de hoogste tijd om een emmer aardappelen te schillen. Ze moest koken, niet alleen voor haar zelf en haar ouders, maar ook voor alle Joodse onderduikers, die in de tussenruimten op de bovenverdieping verstopt zaten.

Het boek is te bestellen via www.boekscout.nl (zonder verzendkosten)
meer info over onze familie www.geert-schoonman.com

Heroes die young

A hero


A new identity
A higher purpose
Everything relates to a feeling! He feels lost
A new life in a strange town. A secret underground society.
A bond without words
Out with his comrades
Sacrifices so intense
Freeing people from their impasse
Giving them a safe place in their society
Playing with destiny
Service without questions
And forgotten by many who were set free
Service without complaint
Words are merely a substitute
Being unselfish and one of a kind
Then there is only one word
Words are too definitive
A hero is not just born
A hero just becomes
A hero is unaware
A hero dies young

Today is the 75th anniversary. Unfortunately, a lot of liberation activities cannot continue because of the corona virus. We would like to share with you a short excerpt from our book "Heroes die young" to outline the circumstances under which our family hid the Jewish people in hiding, risking their own lives. The photo above shows the house where they lived. Since it was adjacent to an artillery facility, an area occupied by Germans at the time, it was a sought-after target for bombing. Bombs were dropped in the Zaan, the river that ran along the Havenstraat. Fortunately never at the house of our ancestors, otherwise we would not have been there. The piece is about our mother and grandmother Corrie (Lotta in the book).

It was the year before war broke out. She has been to school every single day and that summer she passed her examinations for her “MULO A certificate". Her father had suggested she wait for a year or so to continue her studies, enabling her to take up the chores at home. Since then her life has changed dramatically. She so missed the contact with people of her own age. She had a relationship with one of the boys who worked on the ferry on the other side of the quay, which joined the peninsula to the center of the village. The ferry passed to and fro all day. She often saw him. He came to visit her house and she visited him regularly at his parents’ home. With some binoculars you could look across the water and she could see the house where he was born. Not that she had the time really, because there was always work waiting for her. Now she had to prepare the dinner, then wash-up and clean the kitchen. Then she would sit down in the lounge with a cup of tea, with her father and mother, a basket of things between her and her mother, waiting to be mended. Her mother repaired the bigger things because her eyesight was not that good. Her glasses looked like the bottoms of jam pots.

When she got back to her room, she would practice her shorthand by candlelight. Copying the curls sometimes with pencils or sometimes with ink made her feel at ease. The scratching of her fountain pen on the paper was soporific. She would have loved to write a secret letter in shorthand. Now that the evenings were getting darker, she could not look at the beautiful paintings in her art books. The candlelight distorted the photos and made the beautiful images fade away. She would have to save them until a Sunday, after the church service, when her parents were having tea in the lounge, or when her mother was taking a rest in bed, which happened more often these days. Her mother’s face had grown much thinner and she had dark circles under her eyes. She had little strength, could not stay up for long, let alone walk for a while or do anything. Her mother was called Lotta too, she had been named after her, and she had been a beautiful woman once. She had raven black eyes and soft, curling shoulder length hair. She was too thin for her height, because she was quite tall. Nowadays her father helped her serving the dinner. She had noticed that he often gave the fullest plate of food to his weakening wife. Now she had to prepare dinner. She continued to pedal on faster and faster, thinking what she was going to make for dinner. She had a 5kg bag of potatoes and some sour cabbage. She could use the bacon to make cubes and gravy. She began to approach the harbour and no longer needed to pedal as her bike went down the road. In the distance she could see the ‘Rode Dorp’ (Red village). The ferry belonging to her future father-in-law moored at the quayside in the middle of the village. Her bicycle light at the front was not working, only the light at the back. The wooden wheels of her bike making a rhythmical sound along the street. She could not permit herself to take another route, to be less conspicuous. People were waiting for her to prepare dinner. And as the evening approached it became more dangerous.

‘Get off’ shouted a voice to her in German. ‘Your light?’
‘It’s broken sir.’
‘What do you have in your bags?’
‘Nothing particular Sir, just our provisions.’
The German soldier took out his pistol as if to pull the trigger. He placed the gun against the side of her head. Lotta felt her knees become weak and shake, just as if her legs had gone to sleep.
‘Don’t talk such rubbish to me,’ the German soldier said coldly. He flashed his torch and looked into the bags.
‘Please Sir, my mother is sick.’
‘Where do you live and who is your mother?’
‘My father is Mr. Albert and he works at the ‘Artillerie Inrichting’ (Artillery Institution).
Ah yes, Mr. Albert.’ He dropped his weapon slowly and re-locked it. His comrades stood by listening intently. In fact she had heard a murmur of respect between them. 
‘Ah Mr. Albert is a nice friendly man, you can continue along on your bike Miss, please pass on my greetings to Mr. Albert and by the way Miss, it’s late, it’s better to stay indoors at this time. Now off you go!’
She went to push the pedals again, but because she was nervous, she almost fell. The pedals turned around and around. She began to run and jumped onto the saddle. 
‘Thank you Sir,’ she stammered.
Behind her she heard one of the German soldiers say:
‘And Miss, don’t forget to ask Mr. Albert to repair your light.’
She heard them laughing, and just managed to call back ‘I will’ and the cycled off like a madwoman along the quay of the river Zaan.

As soon as she reached the alleyway by her house, she leaned against the cold stonework, puffing and panting. Her heart was beating like mad. In the future she would make sure that she got home earlier. She made had had a narrow escape that time. What a good thing that her father had built up such a good reputation for himself. As a driver for the Artillery Institution he had a respectable name. He drove the Directors from the Institution around in the official car. People would never associate him or his family with any work with the Resistance.

This time his job had saved her. She put away the potatoes, carrots and onions in the boxes in the shed, which kept the food cold. The temperature was just right. There were no frosts at night at the moment; otherwise she would have to move everything to the cellar.

During the daytime the shadows from the trees ensured that it did not get too warm. She grabbed down into the bottom of her bags and lifted up the flap that she had made from the same material. There was a piece of cardboard in between. She quickly removed the flap from the bag and took out the bundle of papers from it and put them into the space underneath the coconut doormat in the shed. During the forthcoming week she would bring the papers to other addresses so that they could be passed on. This was a forbidden Resistance newspaper that circulated in the neighbourhood.

When you were caught with this newspaper, there would be no deferral. Then you would really be in trouble. She realized how lucky she had been. Her legs were still shaking but she gathered all her courage and stepped resolutely through the kitchen door. It was time to start peeling a bucket of potatoes for herself, her parents and all the Jews that were hidden in the eaves on the second floor.

More information about the book Heroes die young will follow on Kindle.

door Djuun 9 december 2024
December 2024 - afsluiten van een roerig jaar
door Djuun 18 oktober 2024
Herfst vibes
door Astromedium 10 juni 2024
Speciale aanbieding Astro Almanak en voorspellingen juni 2024
door Djuun 5 juni 2024
Nu in de pre order: het kookboek Kom-eten bij Djuun!
door Astromedium 5 april 2024
Zoneclips van 8 april 2024
door Astromedium 11 februari 2024
Jouw persoonlijke Valentijn aanbieding!
door Djuun 6 februari 2024
Djuun aanwezig op Spirit Days 17&18 februari 2024
door Astromedium 9 januari 2024
Het jaar 2024!
door Astromedium 26 december 2023
Kerst en Volle Maan 27 december 2023
door Astromedium 21 november 2023
Your Lucky Charm Prognose 2024 samen met de agenda!
Meer posts
Share by: